Door: Jerika Cloots Categorie: Paard, Verzorging & Onderhoud
Advies van een speciaalzaak: het toiletteren van paarden
Paarden houden, verzorgen en berijden is niet zo simpel als het lijkt. Er komt heel veel bij kijken. Ook wij, en wij zitten met onze familiezaak al meer dan 30 jaar in het vak, leren nog elke dag bij. Daarom bespreken we regelmatig een actueel onderwerp op onze blog, met de nodige tips en tricks zodat jullie niet hetzelfde leergeld moeten betalen als menig ander ruiter. Als je zelf een onderwerp hebt waar je veel vragen rond hebt, mag je dit gerust doormailen. Dan kunnen wij het misschien de volgende keer behandelen. Ook als je over het nu besproken onderwerp nog vragen en/of opmerkingen zou hebben, staan wij klaar om dit te bekijken. Mail gerust! Dit kan je doen naar info@clootsruitersport.be.
Maar een feit is wel dat paarden echt wel verzorging nodig hebben.
Gedomesticeerde dieren vragen verzorging. Honden en katten gaan regelmatig naar een gespecialiseerd salon. Onze paarden zijn ook gedomesticeerd en dienen dus ook de nodige verzorging te krijgen. Hun hoeven bijvoorbeeld slijten niet meer op een natuurlijke wijze af en moeten dus gekapt worden. Veel (nieuwe) eigenaars weten niet hoe ze hieraan moeten beginnen en wat kan en niet, dus leggen we het even uit.
Dagelijkse verzorging versus wedstrijdverzorging of toilettage
Het toiletteren of mooier maken van een paard is een subjectief begrip. Er is een groot verschil tussen paarden die wekelijks op wedstrijd moeten of gekeurd worden op raseigenschappen en paarden die gewoon op de weide staan of van hun oude dag genieten.
Ook vinden sommigen een ‘natuurlijke look’ veel mooier dan een perfect geknipt paard. Hoe ver je in het toiletteren gaat, beslis je dus zelf. Maar een feit is wel dat paarden echt wel verzorging nodig hebben.
Hoe pak je dit aan?
Het correct, mooi toiletteren van een paard vraagt wel wat oefening. Informeer eens bij de manege op welk paard je dit eens kan oefenen zonder stress. Zoek een paard uit dat hiervan geniet en waaraan je dus ongestoord een uurtje kan prutsen. Neem je materiaal bij de hand en zet het klaar op een korte, maar veilige afstand van je paard. Zorg dat je een stabiel krukje of een baal stro hebt waar je kan op staan zodat je overal makkelijk aan kan.
Gebruik voor elk paard zijn eigen materiaal om schimmels en bacteriën niet over te zetten.
Benodigdheden
- Roskam of rosborstel om het grofste vuil weg te nemen
- Puimsteen (groomingblok)
- Harde borstel
- Zachte borstel
- Manenborstel
- Manenkam
- Schaar (met een gebogen uiteinde!)
- Hoevenkrabber/ Hoevenborstel
- Hoofdborstel
- Propere doek of spons voor de ogen en neus
- Spons voor de genitaliën
- Spons en zweetmes voor lijf, manen en staart
- Shampoo, ontklitter, hoefolie en andere producten (hangt af van de mate van toiletteren. Dit wordt verder in ons artikel uitgelegd)
Het paardenlijf
Voor je begint te borstelen aan je paard zijn lichaam, spuit je eerst even manen en staart in met een goede ontklitter. Zo kan deze goed intrekken en kan je ze nadien veel makkelijker en sneller doorkammen.
Als je paard van de weide komt en vol modder hangt, dan start je met een roskam of rosborstel. Dit is een borstel waarmee je grof vuil makkelijk uit de vacht krijgt. Wrijf bij een paard altijd met de natuurlijke haarrichting mee en borstel goed door. Verwijder zo het vuil uit de vacht. Voor een ruivend paard kan je naast de rosborstel ook een groomingblok gebruiken. Deze wordt op de dezelfde manier als een borstel gebruikt en stimuleert de werking van de olie in de vacht en doet ze dus blinken. Bovendien zijn ze ook veilig voor paarden met een gevoelige, allergische huid.
Nadat de meeste modder is weggehaald, neem je een harde borstel en ga hiermee nog eens over het hele lijf om het laatste vuil eruit te halen. Dit herhaal je dan met een zachte borstel zodat je paard mooi blinkt.
Het hoofd
Met een hoofdborstel kan je het hoofd van je paard op een veilige manier, zonder veel risico om in de ogen of zo te borstelen, kuisen. De ogen van je paard kuis je met een propere doek even uit zodat er geen oogsmeer meer hangt. Heeft je paard hier veel last van, dan kan je dit met een gespecialiseerd product doen zodat ze ook ontsmet worden.
De huid rondom de ogen en neus mag je ook met een beetje water afwassen en insmeren met bright eye of een beetje babyolie om het mooi te laten blinken.
Tastharen
De tastharen rondom neus en ogen hebben, zoals de naam doet vermoeden, een tastfunctie. Eigenlijk is het dus niet de bedoeling om ze af te scheren. Veel wedstrijdruiters doen dit echter wel.
Soms zie je onder de keelholte ook langer haren staan. Deze kan je wel gerust wegdoen door de keelholte uit te scheren bijvoorbeeld.
De oren
De oren van paarden zijn behaard, ook aan de binnenkant. Het zorgt ervoor dat er geen vuil of water binnendringt in de gehoorgang van het paard. Het is dus wel belangrijk dat dit blijft staan. Wel mag je de haren die uit de oren steken afknippen. Gebruik steeds een schaar met een gebogen uiteinde en knip naar boven toe. Zo beperk je het risico om bij een plotse beweging van je paard in het oog of in de huid te steken.
Knijp de oorschelp van je paard dicht en knip de uitstekende haren langs de oorlijn weg. Zorg dat er geen haar in het oor valt, want dit irriteert paarden enorm en kan van je paard plots een headshaker maken!
Manen achter de oren
Om je halster of hoofdstel makkelijker aan te doen, is het heel praktisch om de manen achter de oren weg te knippen. Dit doe je ook weer met de gebogen schaar. Je mag zo’n 5 à 10 cm van de manen wegknippen tot op de hals. De lengte van het wegknippen kan afhangen van ras tot ras, bij Arabieren knippen ze bijvoorbeeld veel meer manen weg dan bij andere paarden. Het ziet er ook heel verzorgd uit.
Manen
Nadat je je paard goed geborsteld hebt, is het de beurt aan de manen. De ontklitter heeft ondertussen goed zijn werk gedaan en ervoor gezorgd dat de manen met een manenborstel of kam goed doorkambaar zijn. Ze zullen er dan goed verzorgd en blinkend uitzien. De lengte van de manen is ook weer rasgebonden en persoonlijk. De ene ruiter ziet het graag kort en netjes, maar een Irish cob bijvoorbeeld kan je natuurlijk niet met korte manen door het leven laten gaan.
Als je vindt dat de manen van je paard te lang of te dik staan, dan kan je ze trekken. Nooit knippen, dit geeft echt een zeer onnatuurlijke look. Het makkelijkst is het om dit na het werk te doen. Werken bevordert immers de doorbloeding en zorgt ervoor dat de lichaamsporiën goed openstaan. Zo laten de manen beter los.
Neem een manenkam en kam de korte haren van de gewenste lengte naar boven. De haren die er dan onder blijven uitsteken, draai je rond je kammetje en trek je met wortel uit. Trek niet teveel haar ineens uit.
Als je paard hele dunne manen heeft, is het soms beter om ze niet te trekken. Dat maakt ze immers nog dunner. Neem dan een efileerschaar of mesje waardoor je zogezegd alleen de puntjes meeneemt.
Staart
Ook hier heeft de ontklitter ondertussen goed zijn werk gedaan en de staart vlot borstelbaar gemaakt. Indien je liever geen ontklitter gebruikt, kan je de staart best ontwarren door klein klitje met hand los te maken van de rest en dan tot onderen te strijken. Zo ontwar je de staart ook. Dit is wel een tijdrovend werkje. De lengte van de staart is rasgebonden en persoonlijk. De staart van een sportpaard wordt doorgaans iets korter gemaakt. Gemiddeld zien we vaak dat de staart tot in het midden van het pijpbeen komt. Zorg er wel steeds voor dat je paard niet op zijn eigen staart kan trappen. Vroeger werd een staart vaak opgeschoren aan de zijkanten. Iets wat nu nog zeer weinig gedaan wordt.
Het toiletteren van de paardenbenen
De benen zelf kam je gewoon net als het paardenlijf met de roskam, harde en zachte borstel toch is er ook specifieke verzorging nodig, hieronder beschreven.
De zwilwratten
Zwilwratten zijn eigenlijk restanten van vetklieren van het prehistorisch paard. Het zijn die uitstekende grijsbruine brokjes aan de binnenkant van de benen boven de voorknie en net onder het sprongwricht. Deze mag je er met de hand gewoon afhalen. Dit doe je wel voorzichtig, want er zit wel nog degelijk leven onder. Je kan het vergelijken met onze nagels. Die kan je ook niet te kort knippen. Eventueel kan je ze even met wat water weken.
Vetlok
Boven de kootholte zie je een lok haar. Dit noemt men de vetlok. Deze zorgt ervoor dat regenwater wordt afgevoerd naar de grond en dus niet in de kootholte terechtkomt. Je kan deze gerust wat bijknippen, maar hou er wel rekening mee dat de functie van de vetlok bewaard blijft. Zo voorkom je mok en schimmels in de kootholte. Bij sportpaarden die altijd op stal staan wordt de vetlok wel vaak weggeschoren, maar daar heeft ze dan ook geen functie meer.
Kroonrand
De haren aan de kroonrand, bovenaan de hoef, kunnen mooi bijgeknipt of geschoren worden. De hoef lijkt dan wel groter. Dus heeft jouw paard al hele grote hoeven, dan kan je ze best laten staan.
Hoeven
De hoeven van een paard zijn heel belangrijk en dienen dus zeer goed verzorgd te worden. Buiten een regelmatige (om de 4 à 8 weken), professionele kapbeurt, moeten ze ook zeer regelmatig uitgekuist en ingesmeerd worden. Dit om rotstraal, gebarsten hoeven of andere kwalen te voorkomen. Met een hoefkrabber krab je het vuil uit de onderkant van de hoef. Je kan langs de straal gaan en zo de hoef vrijmaken. Dan neem je je hoefborstel en borstel je de binnenkant en buitenkant nog even uit. Een goede hoefolie erop, zowel binnen – als buitenkant en zeker de kroonrand en klaar.
Koker van ruinen en hengsten, genitaliën
De koker (waar de penis van hengst of ruin inschuift) en penis van een paard dien je ook af en toe uit te wassen. Hoe vaak verschilt van paard tot paard. De regel is: enkel als het nodig is. Gebruik hiervoor lange handschoenen want het smegma (talg vermengd met korstjes en andere afvalstoffen) dat je eruit haalt, heeft een specifieke geur die je moeilijk wegwast. Gebruik hiervoor lauw water zonder zeep en doe dit nooit vlak voor training of wedstrijd. Ze durven hierna wel eens ‘raar’ lopen.
Ook voor de genitaliën van de merries en de anus geldt afwassen met een propere spons en lauw water. Even insmeren met babyolie kan.
Wassen van paarden
Of je je paard wilt wassen, hangt helemaal van jou af. Dit kan voor een paardje echt deugd doen, zeker in de zomer. Maar echt nodig is het enkel als je paard een schimmelinfectie heeft, last van schilfertjes of andere kwaaltjes. Uiteraard is het leuk om te doen en zien ze er superfris uit nadien. Gebruik wel steeds een specifieke shampoo, eventueel eentje die de kleur van je paard mooi uitspeelt (kleurgebonden shampoo) of een hygiënische shampoo die helpt om de vacht weer schilfervrij of schimmelvrij te maken.
Toiletteren voor wedstrijd of keuring
Er is 1 gouden regel voor het grote onderhoud van wedstrijdpaarden: doe dit nooit de dag voordien. Als je je paard daags voor wedstrijd scheert of bijknipt, heb je altijd strepen of ongelijkheden. Doe het groffe werk dus zeker één week ervoor.
De dag voor de wedstrijd kan je je manen en staart extra uitkammen en de laatste oneffenheden bijwerken. Borstel en was je paard zoals anders, maar leg hem een deken op nadien. Zo zal je paard extra blinken!
Zorg bij het wassen steeds dat de shampoo er goed uit is. Voor de benen kan je koud water gebruiken, voor het lijf lauw of warm water. In de winter opletten voor afkoeling: wassen onder een solarium is aan te raden!
Invlechten manen en staart
Bij de meeste wedstrijden en keuringen wordt geacht de manen (en eventueel staart) in te vlechten. De manier waarop is rasgebonden, maar we gaan hier even uit van de gewone wedstrijden (jumping/dressuur).
Gebruik nu zeker geen ontklitter, want dit laat de vlechten schuiven. Er bestaat speciaal invlechtproduct zodat je vlechten beter houden. Neem steeds dezelfde hoeveelheid manen (gebruik je kammetje om een afstand te bepalen) en maak een zeer strakke vlecht zo hoog mogelijk tegen de manenkam gestart. Vouw het uiteinde terug naar binnen en doe er een elastiekje eenmaal rond. Sla dan je vlechtje dubbel en doe het elastiekje er verder rond. Dan sla je de vlecht nogmaals dubbel en zo kort mogelijk tegen de manenkam. Doe daar een tweede elastiekje rond. Nogmaals: probeer ervoor te zorgen dat de afstanden tussen de vlechtjes gelijk is en de dotjes even dik.
De maantop (voorste gedeelte van de manen) wordt meestal ook met één dotje ingevlochten. Dit toont professioneler. Heeft je paard een heel zwaar of lang hoofd, dan laat je die vlecht best achterwege, want die verzwaart het hoofd nog meer.
De staart kan je invlechten tot het uiteinde van de staartwortel. Levert bij dressuurproeven en keuringen vaak een extra puntje op. Zorg ervoor dat je staart er vol uitziet.
Dag van wedstrijd
Op de dag van de wedstrijd gebeurt de finishing touch. Smeer neus en ogen nog even in met bright eye of babyolie. Ga nog eens met de zachte borstel over je paard en spuit een bodyshine op het lijf van je paard. Ontdek je nog een mestvlek? Er bestaan zeer goede droogshampoos of vlekkenverwijderaars die je tot net voor het starten kan gebruiken.
Knip de losgekomen haartjes aan de dotjes even weg en smeer de hoeven in met een specifiek product om ze extra te laten blinken. Uiteraard rekening houdend met de kleur van de hoeven.
Om het helemaal compleet te maken, kan je op de poep van je paard versieren met een motiefje. Er bestaan patronen in kunststof die je op de gewenste plaats legt. Dan borstel je de haren in omgekeerde richting en neem je het patroon weg. Je zal zien dat het er mooi instaat. Doe dit wel niet te lang op voorhand, want het blijft er niet zo lang in.